‘t Is mooi geweest

van onze parttime komkommerverslaggever Putski

Even nog ging het gerucht dat Michiel zou stoppen met stoppen met schaken, maar op de ratingsite van de KNSB staat het nu glashard:

Meeuwsen, M. 1500 (geen lid met te verwerken partijen)


De geest is definitief terug in de fles, de stekker eruit, de pijp naar Maarten en het schaakbord hangt aan de wilgen. Tijd voor een vraaggesprek.

Het lijkt nu toch zo ver gekomen, wat gaf de doorslag na zoveel eerdere pogingen er een punt achter te zetten?
Michiel: “Het besef dat de rek er helemaal uit was. Van zo’n grafiek word ik dus niet vrolijk: onderweg naar de 1600 gleed ik steeds vaker uit over de bananenschillen die ik nota bene er zelf neerlegde, dit tot je ongeveer weer staat waar je tien jaar geleden begon. Krap 1500.”

Zou je met de kennis van nu ooit weer de overstap maken van barman naar clublid?
Michiel: “Ik vraag het me af. Ik heb zelden zo’n hekel aan mijzelf gehad als achter het schaakbord. Het begon structureel mijn humeur te verzieken. Je moet weten dat ik aan verliezen een broertje dood heb namelijk.”

Is verliezen niet te leren?
Michiel: “weet ik niet. Een kind dat geen spruitjes lust, ervan over zijn nek gaat, leer je ook niet 1-2-3 spruitjes eten. Als ik er niet wakker van lag dan droomde ik de vreselijkste dromen. Meer smaken waren er niet.”

Hoe moet het verder nu met de site van Groningen en met name het komkommerschaaknieuws?
Michiel: “ik zal mijn account wel houden denk ik en ik mag graag schrijven over schaken en schakers, dat wel. Door mijn afwezigheid op de clubavonden en op toernooien zal ik minder gauw het nieuws, van welke vorm ook, meekrijgen, het is niet anders. Ik blijf wel in het schakerswandelclubje, daarin draai ik volwaardig mee en dat blijf ik doen.”

Hoe definitief is definitief?
Michiel: “geen idee. Mogelijk gaat het al snel weer kriebelen en zit ik in eind september alweer bij Lewenborg achter zo’n vierkant houten ding met van die malle poppetjes te schuiven. Maar misschien ook dat het alleen maar heel goed bevalt niet meer in de greep te zijn van dat stomme spel en telkens die ellendige koppen voor me te zien van talloze tegenstanders met een ruime plusscore tegen mij.”

Wil je verder nog iets kwijt aan de noordelijke schaakgemeenschap?
Michiel: “ik wil iedereen bedanken voor het vertrouwen waar van toepassing. Putski heeft tot op het laatst beweerd dat ik de 1800 moest kunnen aantikken, als ik eerst maar eens leerde te verliezen. Het bekende gewauwel over de les winnen als je een partij verliest. Maar dat zie ik niet gebeuren. De les kon me eigenlijk altijd gestolen worden; liever brak ik nog een schaakbord in tweeën dan me te verdiepen in wat fout was gegaan. Putski beweert zelf ook de eerste zeven jaar dat hij actief schaakte er niet veel van gebakken te hebben. Maar hij was jeugdschaker toen, dat maakt wel uit. Ik heb het schaken te laat ontdekt en soms denk ik wel: had ik het maar nooit ontdekt.”

Was hij maar barman gebleven…..Meeuwsen: ik noem geen namen, maar sommige tronies in de Noordelijke schaakwereld kwamen me werkelijk de neus uit.